north sea jazz festival 1979

north sea jazz festival 1979  

north_sea_jazz_festival79_

Eigenlijk is het North Sea Jazz Festival nooit meer zo geworden als toen, in 1979…..
Ik heb –zoals elk jaar- een passe-partout voor alle drie de dagen en kijk uit naar Fats Domino (ja, toen sloop het er al in, die popmuziek…) die geprogrammeerd staat voor de zaterdagavond. Tenslotte is hij een van mijn rock ‘n’ roll idolen uit de jaren vijftig.
Maar daarnaast is er nog zo veel meer te genieten.
Hartstikke moeilijk voor zo’n hebbert als ik…
Op de vrijdagavond laat ik Ella aan me voorbij gaan. Van haar heb ik al eens – overigens al meer dan twintig jaar geleden- een live optreden meegemaakt. In het oude Kurhaus was dat toen nog. Trouwens: dan had ik van te voren extra moeten bijboeken en dat heb ik niet gedaan.  Wèl pik ik een groot gedeelte van het optreden van de ‘Concord Super Band’ mee tijdens mijn rondgang door het Congresgebouw. Het is overigens wel rennen de hele tijd. Dáár is Chet Baker… Terug naar de Sweelinck zaal, boven, voor Monty Alexander. Dan weer naar een van de zalen beneden, voor mijn favoriete Nederlandse pianist: Rob Agerbeek, want die wil ik niet missen. Binnen, vlakbij de ingang, in de Expo Foyer, swingt de ‘Hyde Park Junior High School Jazz Band’. Je wordt doodmoe van dat gehaast.
Gelukkig is er die avond voor mij niet veel te beleven in de Carrousel zaal. Normaliter de jazziest zaal van allemaal, maar nu even niet.
Ik heb niks te zoeken bij Archie Shepp cs…

De zaterdagavond is zo mogelijk nòg vermoeiender. Buiten, onder de luifel voor de ingang, vanavond de ‘Garfield High School Jazz Band’ en ik kom maar moeilijk naar binnen, want ik wil –vanzèlf- niets missen. Maar ik moet toch verder, dus…
Eerst als een haas naar Fats, want daar heb ik speciaal voor bijgeboekt, immers…
Maar de herinneringen aan hem zijn fijner dan zijn optreden nu.
Hij ‘doet’ wat oude hits en schuift met zijn dikke pens in z’n eentje de vleugel heen en weer over het toneel van de P.W.A. zaal om te laten zien hoe sterk hij is. Neen, dit is het niet en ik ben blij dat het uiteindelijk -toch nog sneller dan ik dacht- voorbij is.
Op naar Dorothy Donegan in de Carrousel zaal en ik begin nu toch echt te geloven dat ik de pianisten in de jazz bovenaan op mijn lijst heb staan. Gauw ook nog even Sonny Stitt, samen met het trio van Cees Slinger, over pianisten gesproken.
Ik mis door dit alles jammer genoeg Dave Brubeck, helaas zonder Paul Desmond, maar nog altijd zeer interessant. Milt Jackson zie ik die avond wèl, zij het dan slechts met veel moeite, in een wederom overvolle Sweelinck zaal. De Carrousel zaal barst uit zijn voegen tijdens de optredens van de B.B.King Blues Band en de een of andere boogie woogie band, maar het is zo druk dat ik maar ergens anders naartoe ga. Trouwens, ik word altijd zo moe van dat soort muziek. In de Expo Foyer, in de centrale hal, een optreden van ‘Barrelhouse’ met zang van Tineke Schoenmaker en met o.a. pianist Han van Dam en als speciale gast, tenorist Hans Dulfer.

Lionel Hampton en later op de avond ook John Birks ‘Dizzy’ Gillespie, laat ik op de laatste avond zo maar lopen en ik luister –en kijk- in plaats daarvan, weer in de Expo Foyer, naar Kai Winding en Curtis Fuller. Dan naar beneden, naar de Carrousel zaal voor Dexter Gordon en daarna weer even snel twee trappen op voor een optreden van Joe Pass. Overal niet te lang natuurlijk, want anders zie je niet alles en je wilt toch al deze grootheden in het echt gezien hebben nietwaar… Dus lopen. Met de massa mee. Tussendoor even uitrusten. Zitten op de traptreden van het gigantische trappenhuis. Even wat eten of drinken. Dóór maar weer lopen ja… De Muddy Waters Blues Band. Naar het dakterras. En nog maar weer een paar pianisten: Jay McShann en George Shearing. Helemaal gek word je van al dat heen en weer geren en van al die namen van al die artiesten en van al die zalen. Bon Bini. Faya Lobbi…

Ik ben nu echt moe en aan het –voor mij- eind van de avond sta ik aan de bar beneden, onder aan het centrale trappenhuis en drink – bij toeval samen met Dizzy Gillespie- een kop koffie voordat ik naar huis ga. Er komt een aantrekkelijke vrouw bij staan, keurig gekleed en met een frisse uitstraling. Had zomaar mijn buurmeisje kunnen zijn. Ze fluistert hem wat in zijn oor en hij drinkt zijn koffie, geeft mij een knipoog en loopt met het meisje aan zijn arm de nacht in, weg van dit alles…